Een verdediging van het ritueel slachten, wanneer ritueel betekent dat iedereen kan zien dat het nergens mee helpt, dat het dier er niets aan heeft en de slachter er niets aan heeft en geen wetgever er iets aan heeft en geen engel, en ook om duidelijker te maken hoe antihistorische antimodernisten, zoals van de partij voor de dieren of de partij voor de vrijheid (en je vermoedt dat het met het forum voor democratie niet anders is), aan dezelfde kant staan als de antihistorische modernistische bevorderaars van efficiëntie in organisaties en markten

Het verwerpen van het ritueel slachten
gaat niet om de pijn van het dier, want als het daarom ging,
waarom geven we het dier geen pillen
die het zich minder bedroefd laten voelen,
lang voordat het geslacht wordt,
of ook midden in zijn leven? Het gaat niet om de slachter,
want de slachter heeft er genoeg aan te doden
en te verdelen, ook als hij alleen is,
alsof hij het aan iemand leert
die naast hem staat. Je wil dat ritueel is:
dat je zelfs het doorsnijden van de hals
van tevoren kan oefenen, maar niet het deel aan het einde
wanneer iets waarvan je wilde dat het niet zou gebeuren
wordt tot het enige waarin nog een belofte is,
dat durf je niet te oefenen. Omdat je enkel een deel
van het dier eet dat zonder eerst verdoofd te worden
met een mes geslacht wordt dat minstens
twee keer zo lang is als de grootste doorsnede van de hals
en scherp genoeg dat zonder druk te zetten
door de huid heen zakt, wordt de rest verkocht
aan wie het niet uitmaakt hoe het dier geslacht is,
want anders werd het zo duur dat je maar een keer
in lange tijd vlees kon eten (maar als om het niet nog duurder te maken
het dier geslacht wordt terwijl het opgehangen is
in dezelfde houding als het verdoofd geslacht wordt,
terwijl die houding nog banger maakt,
weet je niet meer hoe je dat kan verdedigen). Wil je een van hen zijn
die zoals jij zijn, enkel omdat ze geen dieren zijn,
maar kosmopolieten willen zijn (die voelen zich niet overal thuis,
dat is een vergissing die vaker gemaakt wordt)? Vraag een oude vrouw
je mee te nemen naar de slachter die zij het meest vertrouwt
en aan wie zij vraagt om met hem mee te lopen
naar waar de halve karkassen hangen om er een aan te wijzen
waar zij het vlees van wil hebben (neem nooit
wat in de winkel uitgestald ligt). Je wil dat ritueel is:
iets zo te doen dat iedereen het mag zien,
niet enkel wie twee ogen heeft. Hoe oud moet je zijn
om een slachter te zijn? Wat moet je gezien hebben
om te kunnen bedenken hoe je niet
gezien wil worden? Je wordt het slachthuis in gestuurd
om spiegeltjes uit te delen, geen kralen,
aan de dieren die enkel elkaar
zien en horen. Een slachter moet ook genoeg kracht hebben
om het in zijn eentje te doen, zonder hulp,
niet eens om zijn kleren te wassen. Je weet maar van een oude man
die ook een slachter was, al weet je niet
of hij ooit een groot dier geslacht heeft, behalve toen hij daarin
examen deed. Je weet dat hij zijn eigen kippen slachtte
met het grote mes dat voor koeien bedoeld was
en dat hij altijd scherp hield. Herinner je je de redenen
voor en tegen onverdoofd slachten
en voor zover jij kan kiezen alsof je het dier was
zou je voor verdoofd slachten kiezen
als het op de best mogelijke manier gedaan werd,
maar als bij onverdoofd slachten beter opgelet wordt
kan je niet meer beslissen. Maar dan bedenk je
dat die redenen voor onverdoofd slachten te veel lijken
op die tegen het makkelijker te maken
een makkelijker einde aan je eigen leven te maken
(en de dokters die zeggen dat er een leven na de dood is
willen iemand minder snel helpen een einde aan zijn leven te maken
omdat hij pijn heeft) en kies je weer voor verdoofd slachten,
maar dan bedenk je dat de vragen over de pillen om je leven
makkelijk te beëindigen – wat toch ook betekent
dat je je minder slecht voelt wanneer je denkt dat je dood zal zijn–
een klein deel zijn van de vragen over de pillen
die je helpen je te voelen zoals je je eerder gevoeld hebt,
maar nu is het minder werk, of die je helpen je te voelen
zoals toen je iets deed wat nu te moeilijk
voor je is. Maar als iemand zich wil houden aan dat de wet is
dat je enkel mag slachten zoals geslacht werd
om te offeren, maar je mag niet eten
wat voor de slachter was, enkel omdat het de enige wet is
waarover hij kan denken dat die hij gekregen heeft,
wil je hem dat niet verbieden. Maar als hij als reden geeft
dat hij bang is dat het verdoven al de dood kan veroorzaken
wil je het weer wél verbieden. Het offeren van wie al dood is,
waarom zou dat niet mogen? Het beste zou zijn
om de dieren minder dier te maken,
want je hebt meer ritueel nodig om te doden
wat meer zoals jij in leven is, maar zolang dat nog niet kan
is ritueel de enige manier die je kent om een verschil te maken
tussen slachten en wat gebeurt in een fabriek
of een huis waarheen in stukken teruggebracht wordt
wie daar ’s ochtends wegging. Ritueel geeft werk
aan wie anders geen werk kan vinden, niet als slachter,
maar als toezichthouder (je weet nog dat dat een baantje was
voor wie niet goed kon leren). Als de dieren nauwelijks meer
dieren zijn en er nauwelijks meer werk is
voor wie zoals jij is, zou je gevraagd willen worden
toezicht te houden op dat het gedaan wordt
alsof het de eerste keer is en daardóór hoe het eerder gedaan is
laat zijn terwijl jij er nog bent. Wat als je de dieren
meer zoals jij kon maken dan je zelf bent
en zij minder ritueel
nodig zouden hebben dan jij?

Nachoem M. Wijnberg (1961) is dichter – in maart 2022 verschijnt zijn twintigste bundel Namen noemen – en publiceerde vijf romans – laatstverschenen Alle collega’s dood (2015). In 2018 ontving hij de P.C. Hooftprijs. Hij is ook werkzaam als hoogleraar aan de faculteit Economie en Bedrijfskunde van de Universiteit van Amsterdam.

Meer van deze auteur