Voor veel Nederlanders breken er twee relatief lege maanden aan, al was het maar omdat de rest het werk neerlegt. Een heilzaam gat in de tijd, vrij te besteden. Een werkelijk geslaagde vakantie biedt zowel zicht op iets nieuws als de kans om te herijken; in verwondering over het exotische schuilt herkenning van wat van waarde is, waarbij het onbekende misschien wel de beste bemiddelaar is met eigen verborgen gevoelens.

Dat geldt ook voor lezen. Lees de onthutsende ervaring die Maria Stahlies kleine Maria opdoet en u snapt weer wat leven is, leef mee met Philip Snijders grote Kommer en verken een onbekende globe, of smeer met de kleine Kommer uw handen in met het vet uit een andere wereld, dat zich in de herinnering brandt en er niet meer uit wil. Echte schrijvers als deze hebben essenties uit de kindertijd bewaard waar een gewone sterveling zonder hulp niet bij kan, en brengen die met hun bedreven pen aan het daglicht. Hun rijpe leeftijd is daarbij geen beletsel, integendeel; het lijkt of ze met een grotere klankkast werken, en verfijnde registers die winnen met de jaren.

Dat hoor je ook terug bij Nico Dros, die seismografisch de gevoelens volgt die een nachtelijke inbraak oproept bij een ontredderd paar en het perpetuum mobile van echtelijke toenadering en vervreemding een nieuwe impuls geeft. De inbreuk van derden brengt ook de gedachten van Tim Parks’ overspelige bankier op gang; in diens verstandshuwelijk blazen tederheid en gehechtheid mee, al kan de bankier zijn vrouw nog altijd niet ‘lezen’. Licht ironisch, maar niet bitter.

Oek de Jong deelt zijn dagboeken met de lezer en toont hoe volwassen lichtheid de wereld draaglijk maakt. Een uiltje, een Franse denker, zelfs een ervaring van depersonalisatie zetten aan tot elegante overpeinzingen. Ook Edzard Miks antwoorden, in de laatste aflevering van Grote Vragen, getuigen van winst die met de jaren komt: de schrijver weet waarover hij beter kan zwijgen, en wat hij wel kan uitleggen komt eenvoudig, grappig en glashelder naar buiten. Nog nooit zo duidelijk begrepen wat beeldspraak doet.

Onze collega’s van Granta en The New Yorker zoeken voor hun specials regelmatig naar de beste schrijvers onder de veertig, uitgevers jagen op aaibare debutanten. Maar voor kakelvers proza is jeugd geen voorwaarde; onze beste schrijvers hebben een zekere leeftijd.

Voor de illustraties heeft onze ontwerpster Floor Koomen wel assistentie gezocht onder twintigers: eerstejaars fotografiestudenten van de Gerrit Rietveld Academie kregen de verhalen voorgelegd en leverden foto’s van eigen hand.

Wij wensen u een mooie zomer.

Namens de Gids-redactie,
Esther Wils

Esther Wils (1964) was van medio 2006 tot medio 2014 redactiesecretaris van De Gids.

Meer van deze auteur