Redactioneel
i
Mechanismen, strategieën van stedelijk samen:
in zondagse zonschijn raapt mens barrevoets
met regenpak aan, huif over hoofd, alle, alle
duizenden afgevallen paardekastanjebloesems
van de stoep en werpt ze over ’t parkhek stil.
De stad laat zich opvatten als een machine,
er is werk aan de winkel – het waait, en hoe.
Politiek houdt afstand, geen eend intervenieert.
ii
Stad? Krap graf. Zorg vliedt. Passant een mus,
mausoleum van verdrietjes, nagedachtenissen,
kruimelend. Weet je nog waar poes de rooie
van vijfhoog uit de lucht viel? Gestalte gevend
in het voorbijgaan aan ruimtelijke kenmerken?
Onbestuurbaar voorjaar, bitter als het vorige,
lichten springen op groen en dood. Zie ze gaan
de doorgezwolgen kemelen, de muggen uitgezegen.
iii
Louter bij avondhemelen wier blauwe welving
zich lauw en vlezig tegen huizendonker vlijt
biedt het stratenplan gerieflijk onderkomen,
voor oogcontact blijft weinig grond. Snel
wandelend raakt burger besefte proporties kwijt
en zwelt tot groot beneveld sterrenweefsel.
Centraal straalt oplossing: lichte disfunctie
bij omfloerste begaanheid is stadsharts brood.
Essay
Caïro als catastrofe
Poëzie
mi have een droom (Rotterdam, 2059)
Essay
Thuis en uit in Jakarta
Essay
Een bezoek aan New York
Essay
De Open Stad en haar vijanden
Essay
De stad in het tijdperk van haar digitale reproduceerbaarheid
Poëzie
Gebed van een logee
Poëzie
twee-keer-nee-brievenbussen
Essay
Het tijdperk van onzichtbare breuken
Poëzie
Gedicht
Poëzie
Open stad
Poëzie
En waar was jij die middag?
Poëzie
Kijk
Asbest
Essay
Amsterdamse aantekeningen
Essay
Yamoussoukro, een biografie in steen
Essay
Brusselse facades
Poëzie
Gedicht