Verweggistan is een denkbeeldig land uit de Donald Duck-strips, net als Afgelegerije. Oorden die ver achter de horizon liggen, maar verwijzen naar reëel bestaande landen in Klein-Azië en Noord-Afrika. Sinds een aantal jaren is in dit deel van de wereld – van Marokko tot Qatar – een beeldcultuur tot bloei gekomen die duidelijk maakt dat de culturele afstand tussen Occident en Oriënt kleiner is dan sommige mensen veronderstellen. Dankzij internet zijn de publicatiemogelijkheden voor jonge tekenaars enorm toegenomen, ook in landen met een gebrekkige artistieke infrastructuur. Via datzelfde internet worden zij snel geïnformeerd over de projecten van cartoonisten, stripmakers en graffitikunstenaars elders, zodat wederzijdse beïnvloeding eerder regel dan uitzondering is.

De afgelopen twee jaar heb ik mij beziggehouden met een onderzoek naar de Arabische beeldcultuur. Dat heeft geresulteerd in een boekuitgave die is ondersteund door Forum, centrum voor multiculturele kwesties, en een tentoonstelling die komend najaar te zien is in de dependance van het Persmuseum in Amsterdam: Chouf! Qra! – Kijk! Lees! Uit de grote berg materiaal die ik heb verzameld, pik ik drie titels die representatief zijn voor de ontwikkelingen in de Arabische stripwereld.

Jam en yoghurt (hoe mijn moeder Libanese werd) is een grafische roman uit 2010 van de uit Beiroet afkomstige Lena Merhej, die net als zoveel andere jonge vrouwen elders in de wereld autobiografisch werk maakt met een sterk accent op huiselijke details: hoe bak je een taart… met een burgeroorlog op de achtergrond. Want de ruwe politieke werkelijkheid blijft een onvermijdelijkheid in de Arabische strip en dus klinken ook in dit grappig vertelde boek de geweersalvo’s onverminderd door. Merhej is bovendien uitgever van het stripblad Samandal Comics, waarvan in maart 2012het twaalfde nummer verscheen en waarin tekenaars uit verschillende landen (Bas Köhler uit Nederland!) publiceren. Tegelijk schrijft zij aan de universiteit van Bremen een dissertatie over het verwerken van oorlogsherinneringen in stripvorm: How is the story of the war told? Met al die initiatieven mag je haar een voorbeeldige vrucht van de globalisering noemen, die grensoverschrijdende projecten opzet en op academisch niveau reflecteert op de mogelijkheden van haar eigen kunstvorm.

In Libanon lopen opvallend veel tekenaars rond, in Marokko opvallend weinig. Toch werd er recentelijk een grafische roman van een Marokkaanse tekenaar uitgegeven, zij het bij een Algerijns huis: Les passants van Brahim Raïs verschijnt bij Editions Dalimen en vertelt in tekstloze aquarellen het verhaal van de oorlog. Het gaat niet om een specifiek conflict, maar om universele beelden van vallende granaten, helikopters, rookwolken en weerloze slachtoffers. Op het omslag van zijn wrede en toch mooie boek laat hij de inkt uiteenspatten op een skyline van flatgebouwen: zo geeft hij aan dat zijn bombardementen fictie zijn, terwijl we er tegelijkertijd beelden van Aleppo, Homs en Damascus in herkennen. Op het belangrijkste stripfestival van de Arabische wereld, FIBDA in Algiers, won Raïs de hoofdprijs met zijn boek.

En dan is er het Egyptische tijdschrift TokTok, genoemd naar de lawaaiige eenpersoonstaxi’s die het verkeer in Caïro domineren. Tekenaar Mohammed Shennawy is de officieuze hoofdredacteur van het blad, dat werd opgericht toen Mubarak nog aan de macht was en afgelopen juni voor het eerst in full-colour verscheen. Agenten en officieren duiken er regelmatig in op, maar het belangrijkste thema is simpelweg: het dagelijks leven in de hoofdstad. Veel straatscènes, met jongeren op scooters, meisjes met en zonder hoofddoek, afvalhopen en gesloten rolluiken. Wie exotische taferelen verwacht, zal teleurgesteld zijn. Shennawy heeft voor dit zesde nummer een tekstloos verhaal getekend dat op metaforische wijze de richtingenstrijd in de Egyptische politiek behandelt: zonder man en paard (leger en broederschap) te noemen, verbeeldt hij een verwoed gevecht tussen pijlen die naar rechts wijzen en pijlen die naar links wijzen. Ook hier kiest de tekenaar voor het universele en wil hij voor iedereen leesbaar zijn. De Arabische beeldcultuur houdt niet van isolement.

De tentoonstelling Chouf! Qra! – Strips en cartoons uit de Arabische landen is van 22 september t/m 30 december te zien in het Pop-up Pressmuseum, Museumplein, Gabriël Metsustraat 2-6 in Amsterdam.

Joost Pollmann (1957) organiseerde negen edities van de Stripdagen Haarlem en is sinds vijftien jaar als recensent verbonden aan de Volkskrant. Hij schreef voor De Gids, Tirade, Items en andere tijdschriften en publiceerde enkele essaybundels. Daarnaast geeft hij in binnen- en buitenland lezingen over stripgerelateerde onderwerpen.

Meer van deze auteur