Dat is ook werk dat je kunt verliezen

Je wilt brieven schrijven voor de armen die dat nog niet zo lang zijn,

morgenochtend komen ze je vragen om een brief aan de belastingen.

Zij brengen je een voorbeeldbrief, zo ongeveer moet het gaan,

en hier heb je ook een viltstift en een stuk karton, kun je daarop schrijven: wil werken voor eten?

Nu je het al een hele ochtend doet ben je er vast goed in geworden,

hier is een brief van de belastingen, en nu wil de ontvanger een tegenvoorstel doen.

Dat een ander de aanslag betaalt, want die lijkt geld genoeg te hebben om in dure restaurants te eten, kreeft in champagnesaus,

je hoeft niet alles uit te schrijven, toch, want het is dat soort brief?

envoi 1
Hoe de armen die altijd bij je blijven al hun geld af te nemen?
Misschien kun je beginnen met wat hen al hun spullen in haast laat verkopen omdat ze hopen dat ze het geld voor iets beters kunnen gebruiken, en daarna pas hun geld waardeloos te maken.
Je kunt ervoor zorgen dat ze wel moeten werken waar de winsten die jij kunt maken het hoogst zijn, bijvoorbeeld door hun te verbieden in de bossen te jagen of verzamelen, en als ze nergens anders meer hun brood kunnen verdienen moeten ze wel in een fabriek of kantoor gaan werken.
Dit kun je verder versnellen en versterken door wetten in te voeren die zeggen waaraan iemand die zo rijk of zo arm is zijn geld uit mag geven.
Die wetten kunnen weer gecombineerd worden met rechtvaardige prijzen om verdere verdelende rechtvaardigheid te bereiken.
De echt rijken kunnen zichzelf altijd laten klaarkomen of tenminste iedereen wegsturen zodat zij het rustig kunnen proberen.
Doe eens een arme man die al heel lang dood is, met een aanbevelingsbrief in zijn hand.
Waarschijnlijk heb je die zelf geschreven, al staan er nog meer fouten in dan ik je hoor maken.
Ik ben een arm man, verder heb ik niets fout gedaan, zeg je, of: meneer, als ik rijk was, was ik niet iemand die u kon roepen.

envoi 2
Je schrijft antwoordbrieven
aan wie je een brief gestuurd heeft
toen de enige die je had doodging,
een hele stapel brieven,
en je bent nu bij de laatste.

Nachoem M. Wijnberg (1961) is dichter – in maart 2022 verschijnt zijn twintigste bundel Namen noemen – en publiceerde vijf romans – laatstverschenen Alle collega’s dood (2015). In 2018 ontving hij de P.C. Hooftprijs. Hij is ook werkzaam als hoogleraar aan de faculteit Economie en Bedrijfskunde van de Universiteit van Amsterdam.

Meer van deze auteur