Liefde is een zwaar beroep, schreef dichter Rogi Wieg, en zo denken er meer over. In de loop der eeuwen is er wereldwijd veel en diep over nagedacht: hoe pakt men dat aan, beminnen? Er zijn zelfs handboeken voor geschreven, en die vormen de aanleiding voor dit verhalennummer van De Gids. Redacteur Piet Gerbrandy, die zelf De amore (Parijs, twaalfde eeuw) van Andreas Capellanus vertaalde, selecteerde een aantal fragmenten uit befaamde liefdeskunsten en formuleerde de uitnodiging die wij voorlegden aan de schrijvers in dit nummer: is liefde inderdaad een bekwaamheid die je door studie en training kunt verwerven? Is liefde een vak of een kunst? En heeft de samenleving er belang bij dat iedereen deze techniek in zijn curriculum opneemt?
Getuige de benauwenis die veel van de verhalen doortrekt zou zo’n schoolvak niet overbodig zijn. Yves Petry toont in een voorproef van zijn nieuwe roman hoe een jongeling aanvankelijk met de mond vol tanden staat: als het niet met een lichamelijke overval mag, hoe brengt men dan zijn brandend verlangen over? Hoe kan de ander zo nietsvermoedend zijn? Regelrechte paniek bevangt Philip Snijders’ held, als0 hij een eerste zwoele les dreigt te ontvangen. Het slapstickverhaal van Sarah Arnolds, die in deze Gids als 22-jarige haar fictiedebuut beleeft, bevat een verbazend volwassen inzicht: dat de regels van het spel al doende veranderen. soms herkent men zichzelf niet terug, of raakt men zichzelf regelrecht kwijt – schrijft de koude hand van meesterverteller Arnon Grunberg. Soms is het de ander die men kwijt wil; daar weet Fouad Laroui’s erudiete schoolmeester raad mee. Antoine de Kom laat nog eens elegant voelen hoeveel liefde niet verder komt dan de droom – maar dromen is ook een kunst; de sfeervolle illustraties in deze Gids, verzorgd door ontwerper Floor Koomens studenten van de rietveld Academie, verstaan die. De middenpagina’s komen voor rekening van de webredactie.

Liefde kan ook een tijdschrift gelden. Na acht woelige jaren van passie, crises, lauwtes en luwtes verlaat ik De Gids, op eigen initiatief maar met de nodige hartepijn. Met dank aan de dierbare en onmisbare vrouwen achter de schermen: mijn voorganger Leonoor Broeder, ontwerper Floor Koomen, persklaarmaker Ingrid Mersel en zetter Cilia van Weerdenburg, en aan de vele slimme en aardige schrijvers. Uitgever en redactie wens ik wijsheid en goede smaak, De Gids een behouden vaart en u, beste lezers, veel spannende uren met het tijdschrift, om te beginnen met dit zomerse nummer. Liefdes leerschool is hard, geen montessori-aanpak mogelijk. Lees en huiver.

Namens de Gids-redactie,
Esther Wils

Esther Wils (1964) was van medio 2006 tot medio 2014 redactiesecretaris van De Gids.

Meer van deze auteur