Van binnen naar buiten terug naar binnen, een korte re-integratie

Daar stond ik buiten met een briefje, mocht ik iets vergeten. Op weg naar een sollicitatiegesprek; als ik dit maar als ik dat maar…
De werkgever bezocht, koffiegedronken, een sollicitatie en ja, daar stond ik weer. Was het acht uur of dertig minuten? Niks gegeten, geen honger en geen behoefte om me smaken te herinneren. Wat je niet proeft, daar kun je niet naar verlangen.
Terug in mijn cel met de nicotinewanden,
het kapotte zeil, de koude douche en de luxe plastic stoel waar ik de hele dag op zit. Ik kon me het niet herinneren en dacht: staan m’n hersens in een ruststand of is het buiten zo veranderd? Een vreemd gevoel dat ik buiten was en toch gevangene. Ik mocht niemand zien of bezoeken. Daarna quarantaine, normaal drie, maar toch zeven dagen. Een regel die niet geldt voor de directeur en al het personeel in de penitentiaire inrichting, alleen voor de gedetineerden. Deze vipbehandeling, zo bezorgd om de gedetineerden, is dit verkapt communisme? Wat wel mag is verplicht je mond houden, klaar!
Mijn gedachten zijn nu veel beter geworden, ook mijn rotte gevoel vanbinnen is weg. Dus straks buiten wordt het makkelijker, geen emotie, geen zorgen om een ander, alleen ‘s morgens herinnerd worden aan hierbinnen, mijn registratienummer zien en dan terugdenken aan alles en iedereen. Dan weet ik vanbinnen hoe ik mensen buiten behandel, wie goed waren tienmaal zo goed. De slechten honderd keer zo slecht, hierbinnen wordt dat duidelijker dan buiten. Ze komen via mijn hart naar binnen en via mijn keel naar buiten. Eerst zorgen voor mijn eerste prioriteit.
Bouw een muur om me heen net als die van de PI. Laat mensen binnen die hier ook van buitenaf interesse toonden. Sluit de rest op in een denkbeeldige cel zoals hierbinnen. Laat ze in die cel genieten van hoe het buiten de PI was. Voor hen zou het goed zijn om te voelen wat het verschil is tussen binnen en buiten.
Ook heb ik mensen om me heen die me hierbinnen het gevoel geven alsof ik buiten ben.
Ik kan me voorstellen dat langgestraften de mensen buiten ook weleens een idee willen geven van wat het is om zeven dagen per week vierentwintig uur per dag in de gaten gehouden te worden, dat er constant op je gelet wordt. En hun ook het gevoel te geven dat voor hen buiten ook de situatie kan ontstaan dat het gaat voelen als binnen.
Vanbuiten kan je niet zien wat een ander voelt of denkt vanbinnen.




Buiten is
een idee van vroeger
Buiten is
een vaag concept
Buiten is
hier, zeggen vader en moeder
Buiten was
iets moois en helders
Maar nu anders, haast verlept
Buiten wordt
deel van een toekomst
Buiten wordt
anders neergezet
Buiten wordt
om van te dromen
Buiten is
in aantocht
maar echt overtuigd ben ik daar nog niet van




M’n moeder en ik

Mamma, negen maanden lang was zij de drager van mijn leven…
Ik neem je terug naar het begin.
Want vanaf de dag dat zij leven gaf…
gaf zij het leven zin!
Tijdens mijn geboorte voelde mijn moeder zich herboren.

Mijn eerste woord was Mamma, terwijl mijn vader nooit echt een Pappa is geweest.
Maar ik was nog onschuldig, en beschermd tegen alle ellende uit de wereld om me heen.
Vroeger droeg ik kleding van m’n broer, had ik gaten in m’n sokken en waren schoenen te klein.
We dronken water met limonadesiroop, we aten droog brood met blikjes tonijn.
Geld lenen van instanties veranderde in schulden met boetes en rente.
Soms stonden we te wachten in de winkel… en betaalden we letterlijk met centen.
Maar ik was gewapend met m’n broodtrommel!
Achter op de fiets bij m’n broer naar school. Ik vervulde m’n moeders droom met een Citoscore voor vwo. Doe je best op school! Ga niet hangen op de straat! Dat heeft ze vaak gezegd.
Maar voor mijn achttiende… werd ik vijftien keer gearresteerd, en overgebracht naar een cel.
Met een goede opvoeding, maar opgegroeid in een slechte wijk.
Nogmaals sorry voor de keren dat je werd gebeld… ‘Mevrouw, uw zoon is weer opgepakt.’
Maar het zal nooit meer gebeuren! En ik beloof jou dat ik me deze keer gedraag!
Maar ik zit weer vast! En zij zit vast aan mij…
En ik zal nooit gelukkig zijn als ik m’n moeder niet gelukkig maak!

Het is twee uur ‘s nachts en m’n moeder vraagt zich af… wanneer ik naar huis kom.
Maar ik heb vandaag iemand van het leven beroofd!
M’n moeder beseft nog niet dat ik de komende jaren niet thuiskom.
Ooit was ik haar belofte! Nu beloof ik haar vanuit een bezoekzaal dat ik er voor haar ben.
Dus ik geef haar een laatste knuffel…
Dit is een ode aan de liefste moeder van de wereld.