Binnen/buiten

De poorten gaan langzaam open
Chaos en geschreeuw aan de andere kant
Gaat te snel, nog lang niet klaar
Gooi de poorten dicht!
Ben mijn messen nog aan het slijpen
Mijn harnas nog aan het smeden
Gooi de poorten dicht!
Ik word geroepen, geroepen door het
geschreeuw
Gooi de poorten dicht!
Laat de chaos mij niet verleiden
Gooi de poorten dicht!
Hierbinnen is het stil
Hierbinnen is het veilig
Gooi de poorten dicht!




Men blijft maar praten over morgen
omdat men worstelt met vandaag.
Antwoorden blijven zo verborgen
zomaar een dag in politiek Den Haag.




Goed gedrag wordt beloond

Onder leiding van het afdelingshoofd wordt de hele afdeling naar het grote studielokaal geleid.
Daar worden we met open armen verwelkomd door de directrice. Er staan koffie en drie schalen met verschillende gebaksoorten. Er heerst een serene rust wanneer de deur gesloten wordt en iedereen zijn plek heeft gevonden. De spanning is af te lezen van de gezichten van de gedetineerden, iedereen verwacht een donderpreek voor het een of ander. Niets is minder waar, de directrice is in een zeer vrolijke bui.
Als zij opstaat begint zij haar betoog.

‘Beste gedetineerden, wij hebben kunnen constateren dat het al meer dan anderhalf jaar goed gaat op jullie afdeling. Niemand met een positieve uc1, geen geweld tegen personeel, geen mensen op rood door een rapport en altijd honderd procent inzet voor de te verrichten arbeid. Wij hebben besloten om dit goede gedrag dit jaar te belonen met een uitzonderlijk leuke verrassing: we gaan met de hele afdeling van één dag voor kerst tot na het Nieuwjaar een skivakantie houden in Tirol. De bedoeling is dat we op 2 januari terugkeren op de afdeling.Twee dagen vóór kerst zullen we, nadat we in de gevangenis gefouilleerd zijn, met twee touringcars naar vliegveld Zestienhoven worden vervoerd. Daar zal dan een 737 klaarstaan.
Om nieuwsgierig publiek op afstand te houden rijden we rechtstreeks het platform op.
Er gaan zeven PIW’ers2 mee samen met het afdelingshoofd, en voor de veiligheid hebben we een groep van DV&O3 die ons bij zal staan bij eventuele calamiteiten.
We hebben zeven chalets gehuurd en die worden ieder met vier gedetineerden en een PIW’er betrokken. Als directrice zal ik een chalet aan de top van de berg hebben om overzicht te houden op de hele groep.
We komen tussen twee zeer hoge alpenbergen te zitten, zodat ontsnappen zo goed als onmogelijk is.
Alle chalets zijn voorzien van de modernste apparatuur zoals wifi, satelliet-tv, twee wasmachines, en alle kamers hebben tweepersoonsbedden om zo gezellige avonden met de eventuele opgepikte Tiroolse meisjes in goede banen te kunnen leiden.

Het is toegestaan om iedere avond deel te nemen aan de après-ski als men de volgende ochtend wel nuchter aan het ontbijt verschijnt.
Als directrice hoop ik jullie op deze manier te belonen voor jullie goede gedrag en ik zal na terugkomst een heel vakantieverslag uitbrengen aan de minister van Veiligheid en Justitie en daarmee aantonen dat belonen ook een positieve uitstraling zal hebben naar de buitenwereld.

Bedankt voor jullie aandacht en ik hoop jullie te zien wanneer we met z’n allen het vliegtuig betreden. Ik verzoek iedereen nu weer retour te gaan naar de afdeling of arbeid.’




Normaal…

Enkele dagen geleden liep ik in een gezelschap op de luchtplaats, dagelijks een uur lang rondjes lopen in de buitenlucht.

Een van hen vroeg: ‘Als je normaal had geleefd, zou je dan nu gelukkig zijn geweest?’

Het zette me aan het denken, het was een totaal onverwachte vraag en zeer merkwaardig, want dit soort vragen wordt nooit gesteld in het gevang.

Ik heb hier dagen over zitten piekeren, want waarlijk, zou ik nu gelukkig zijn?

Zou ik kunnen leven als een normaal persoon? Wat is normaal? Wie is normaal?
Wie bepaalt de definitie van normaal?

Ben je normaal als je leeft volgens de aanwijzingen van hen die zetelen in de ivoren toren, die hun moraalridders het veld in sturen om de mensen te voorzien van onderricht?

Of ben je normaal als je je lichaam en geest van negen tot vijf aanbiedt, je identiteit opgeeft om maandelijks je handje op te houden, zodat je aan je andere verplichtingen kunt voldoen, maand in maand uit, jaar in jaar uit?

En dan lig je half in je kist terugkijkend op je leven en zeg je: ‘Ik heb geleefd om te kunnen overleven en dat is normaal.’ Maar ik heb niet geleefd om te leven, ben ik dan gelukkig geweest?




Het wachten op zonlicht
nu of later
Is vrij zijn
tot het ergens anders
nacht wordt
Door de zwaartekracht zijn we
aardgebonden
Tot de springvloed
op onze lippen slaat



  1. urinecontrole op drugsgebruik 

  2. penitentiair inrichtingswerkers 

  3. Dienst vervoer & ondersteuning