Raapstelen garen
ogenblikkelijk.
Wandelen brengt mij dichter
op het bot.

Loop langs voor hen
in steen bedekte eeuwigheid,
voor mij een glas dat licht

in honing omzet –
de verdeling loopt niet
langs ordelijke lijnen.

Wat in en uit dit
lichaam komt
is niet in proportie.

De blinde darm
is irrelevant; dan levensgevaarlijk.
Verandering kent vele tempo’s; gebeurtenissen
slechts één.

Wat de fotograaf zag
Een getuigenis. Een wet die tot stilstand gebracht kon
worden, met het risico clichés te maken. Dingen
die alleen mensen kunnen zijn, traag en vol bestaansrecht.

Wij houden van de eeuwige zon, ook
als die nooit bestaan heeft. Wij vragen simpelweg
dat het geroezemoes van deze menigte die wij
niet verstaan even tot bedaren komt.

Mijn hand is trots
en zeker, maar vaag
als ik de vogelenzang wil bewaren.
Maak het niet aannemelijk, o heer –
maak mij niet aannemelijk.

Dit gedicht werd geschreven tijdens een verblijf bij de Abdij Maria Toevlucht van de trappistenorde. Veel dank aan de broeders voor hun gastvrijheid, evenals aan het Vincent van GoghHuis, dat de residentie organiseerde.

Alma Apt (1995) is dichter en redacteur van De Gids.

Meer van deze auteur